voor vermogende particulieren, bedrijven & DGA’s en ondernemers

Hoe schrijf je af op onroerende zaken? Praktische vuistregels

Voor de afschrijving op onroerende zaken gelden enkele vuistregels die in de praktijk vaak worden gehanteerd. Het is belangrijk dat de afschrijving alleen plaatsvindt over het gebouw zelf; over de onderliggende en bijliggende grond mag niet worden afgeschreven.

Indeling ondergrond/aandeel grond in de waarde

Omdat het lastig kan zijn om het exacte aandeel van de ondergrond vast te stellen, worden hiervoor vaak de volgende percentages gebruikt:

  • Woningen: 40%
  • Kantoren: 30%
  • Winkels: 40%
  • Bedrijfshallen: 20%

Vuistregels voor levensduur en afschrijvingspercentage

De levensduur van gebouwen en het jaarlijkse afschrijvingspercentage zijn meestal als volgt:

  • Woningen: 50 jaar → 2% per jaar
  • Kantoren: 30 jaar → 3,33% per jaar
  • Winkels: 40 jaar → 2,5% per jaar
  • Bedrijfshallen: 30 jaar → 3,33% per jaar

Afschrijvingspercentage op het geheel (inclusief ondergrond)

Wanneer toch op de totale aanschafwaarde (inclusief grond) één percentage wordt toegepast, hanteert men vaak:

  • Woningen: 1,2%
  • Kantoren: 2,3%
  • Winkels: 1,5%
  • Bedrijfshallen: 2,6%

Aanvullende aandachtspunten

  • Loodsen van eenvoudige of goedkope materialen kunnen vaak sneller worden afgeschreven, meestal binnen 10-15 jaar.
  • Productiehallen of bijzondere gebouwen kunnen een economische levensduur hebben die afwijkt van standaardwaardes.
  • De feitelijke omstandigheden, zoals technische staat of gebruik, kunnen aanleiding geven tot een ander afschrijvingspercentage.

Noot: Het antwoord is gebaseerd op de bij ons bekende wetgeving en jurisprudentie per de hierboven aangegeven datum.